to be of nooit geweest
door andre REEDER

Sinds enkele decennia is het beeld van het soort gezichten dat je op straat ziet in Nederland, vooral in de Randstad waar ik woon heel erg veranderd.
Er zijn allerlei tinten zwarte en gekleurde gezichten bijgekomen. Hun afkomst kan van overal zijn, ik associeer ze vaak met nazaten van de voormalige Nederlandse koloniën zoals Suriname, de Caraïbische eilanden, de Molukken, Ghana, maar ook met Indonesië, China, nazaten van de voormalige Turkse en Marokkaanse ‘gastarbeiders, en ga zo maar door.
Dat zijn tegenwoordig vooral jonge gezichten van een nieuwe generatie van wie ik meestal vluchtig en oppervlakkig aanneem dat ze in Nederland geboren en getogen zijn.

Dat achter elk van die gezichten een verhaal schuilt sta ik niet direct bij stil, dat zou ik ook hebben als ik langs het slanke gekleurde knappe jongensgezicht van Jose Montoya zou lopen op straat. Maar hij heeft gekozen om wel het verhaal achter zijn gezicht in dit theaterstuk te delen: het verhaal over de zwarte geadopteerde Colombiaan. Jose werd geadopteerd toen hij drieënhalve maand oud was, vanuit een tehuis in de stad Cali. Van de tijd daarvoor zijn er geen papieren en is niets bekend, of misschien wel maar wordt die informatie om allerlei vermoedelijk duistere redenen geheim gehouden, zoals later in het stuk wordt gesuggereerd. Onbekend is waar en wanneer hij geboren is, wie zijn ouders zijn, is hij gevonden of afgeleverd bij het tehuis? Later in zijn leven besluit hij een zoektocht te beginnen naar zijn oorsprong en zijn biologische ouders die hij niet vindt. Jose neemt je mee in zijn beleving en herinnering van zijn leven als adoptiekind.

Hoe een dorp in Noord-Holland en Nederland op hem reageerden, hoe hij uitgesloten werd, zijn ervaringen met racisme. Zijn zoektocht naar lotgenoten in Nederland. Zijn beleving met zijn Hollandse adoptieouders. Zijn ontdekking van Colombia, zijn toevlucht tot een medium, zijn bewustwording van de achtergestelde positie van Afro-Colombianen waar hij zelf een deel van is, en zijn bezoek aan het tehuis waar hij vandaan komt. Je voelt je altijd alleen. Zijn beleving dringt door tot de toeschouwer, grijpt aan en emotioneert.
Je zal nooit meer zomaar voorbijgaan aan wat adoptie is en wat het voor een adoptiekind betekent nadat je dit stuk hebt gezien.

Het maken van dit stuk heeft voor José helend gewerkt. Maar hij deelt zijn verhaal niet alleen voor zichzelf, maar voor de bewustwording van de situatie voor de vele duizenden adoptiekinderen die er in Nederland en in de wereld zijn, zo zegt hij ons bij de afsluiting van de voorstelling. Ik heb menig traan gelaten tijdens de voorstelling. Een scene die hij beschrijft is me bijgebleven en het beeld wil niet weg uit mijn hoofd: Bij zijn bezoek aan het tehuis waar hij vandaan is geadopteerd komt hij een zaal met ongeveer twintig ledikanten met kleine peuters tegen.

Er is vanwege personeelsgebrek slechts één verzorgster die op allemaal moet letten. Als ze een kind op de arm heeft en een 2 ander kind begint te huilen, moet ze die op de arm neerleggen om even aandacht aan het andere huilende kind te besteden. En zo brengen de peuters hun tijd alleen door, en niemand maar ook niemand die ze opzoekt om liefde en zorg te geven. Dat is dan je startpositie in het leven. Het kan goed gaan, Jose heeft het gered en een goed leven opgebouwd voor zichzelf. Maar die leegte zal altijd blijven knagen, daar moet je mee leven.

Aan het eind geeft hij ons mee wat je zijn troost zou kunnen noemen: Iedereen heeft de genen van zijn of haar voorouders in zich. Dus die draag je altijd met je mee. Ga het zien.


Ga naar de website van Likeminds voor plaatsen en data van de voorstelling

Andre Reeder is Film maker, Sociaal werker & Schrijver